Advies bestemmingsplan III Halve Maan Koenraadlaan

Resultaat: Positief
Type: Bestemmingsplan
Jaar: 2020
Advies bestemmingsplan  III Halve Maan Koenraadlaan

Het advies luidt: positief

Aanleiding

Er is een initiatief genomen om  139 woningen te realiseren op de overgang van Drents Dorp naar landegoed de Wielewaal. Het geldende bestemmingsplan, daterend uit 1989 met bestemmingen “industrie” en “wonen”, moet hiervoor worden aangepast. Het nieuwe bestemmingsplan is genaamd ‘III Halve Maan (Koenraadlaan-Lochemstraat)’, en bevat de bestemmingen “wonen” en “groen”. Deze bestemming is conform de Interimstructuurvisie van de gemeente Eindhoven uit 2009, en de Omgevingsvisie 2020.

Het projectgebied beslaat het voormalige ETOS-terrein, dat grotendeels braakliggend is. Delen van het terrein zijn in 2012 door de voormalig eigenaar Philips gesaneerd. Op een deel van het terrein is een BMX-park ingericht dat in 2014 is geopend.

De woningen, variërend van sociale huurappartementen tot dure koopwoningen, zijn gepositioneerd als woonclusters in het groen, waarbij de auto strikt te gast is en de voetganger en fietser voorrang hebben. Het (bestaande) groen dient als leidraad voor de posities van de bouwblokken en de aaneenschakeling van groene openbare ruimtes met een divers karakter in functie. De bebouwing blijft door de beperkte hoogte altijd ondergeschikt aan het groen.

Trefpunt Groen Eindhoven staat positief ten aanzien van deze plannen op basis van onderstaande verstrekte informatie:

Groen

  • Het plangebied is en blijft de status “stad, groen beeldbepalend” houden. Dit geeft de aanwezige bomen juridisch een extra beschermde status. 
  • De huidige locatie kenmerkt zich door de bijzonder onderlegger waar de stad overgaat in de natuur. Landgoed De Wielewaal  is aangewezen als NNB-gebied. Onderhavig bestemmingsplan leidt niet tot een aantasting van de ecologische waarden en kenmerken van betreffend gebied. 
  • Belangrijk zijn tevens de groene doorkijken vanuit de Zutphen- en Needestraat naar De Wielewaal, het assenkruis van de Koenraadlaan en de Halvemaanstraat, en de twee groene uitlopers vanuit de Zutphenstraat en Needestraat. Deze verbindingen zijn belangrijke dragers van de ecologische hoofdstructuur van de hele wijk, en blijven behouden.
  • De cijfers van te vellen bomen waren in eerste instantie even schrikken voor TGE: van de 188 geïnventariseerde bomen, blijven er slechts 68 bewaard. In meer detail:
  • Voor 99 bomen wordt geadviseerd om deze te rooien i.v.m. de kwaliteit en levensvatbaarheid (<15 jaar).
  • Voor 21 bomen die wel kwaliteit hebben en levensvatbaar (>15 jaar) zijn, is inpassing geen mogelijkheid. Deze bomen staan op onderstaande afbeelding aangegeven.
  • In totaal blijven er dus slechts 68 van de 188 bomen behouden met voldoende kwaliteit en levensverwachting.
  • De te vellen bomen worden deels gecompenseerd in het plangebied, want er worden circa 37 nieuwe bomen ingepast in het stedenbouwkundig ontwerp.

We hebben echter toch geconstateerd dat er veel aandacht besteed is aan het inpassen van het bestaande groen, voornamelijk de groene zoom aan de noordzijde van het plangebied, en de monumentale bomen. Voorts is in beeld gebracht wat de boomkronen de komende 20 jaar gaan doen, zodat de blijvende bomen de ruimte krijgen om zich door te ontwikkelen.

  • De te kappen bomen die niet fysiek gecompenseerd worden, worden naar waarde financieel gecompenseerd. Dit geld zal worden ingezet om bij projecten elders in de gemeente nieuw groen aan te leggen.
  • Advies: Zorg ervoor de te behouden bomen te beschermen tegen nadelige gevolgen van het tijdelijke terrein gebruik. Een boombeschermingsposter zoals van het Norminstituut bomen geeft inzicht in de mogelijkheden hoe bomen te beschermen. Deze poster is te vinden via de website van het Norminstituut bomen.

Stedenbouwkundig plan met aanduiding te rooien bomen met een levensduur van meer dan 15 jaar (rode cirkels).

Fauna

Door Arcadis is in 2019 een natuurtoets uitgevoerd. Het plangebied heeft een functie als foerageergebied en migratieroute voor de vleermuissoorten gewone dwergvleermuis en laatvlieger. Aanwezigheid van andere beschermde soorten is niet vastgesteld en daarmee uitgesloten. Voor de gewone dwergvleermuis en de laatvlieger dienen in het kader van de Wnb mitigerende maatregelen in acht te worden genomen tijdens de bouw.

Daarnaast bestaat bij de ontwikkelaar ook de ambitie om aanvullende faunavoorzieningen in te passen ter versterking van de stadsecologie. Dit kunnen wij enkel toejuichen. In het kader van de Wet natuurbescherming dienen we de nadruk steeds meer te leggen op soortenvermeerdering en populatie-uitbreiding. Een dergelijke actieve vorm van natuurbescherming zal in de nieuwe Omgevingswet zelfs verplicht gesteld worden. Trefpunt Groen Eindhoven adviseert te anticiperen op dit ‘natuurinclusief’ bouwen middels de (in)bouw van verblijfsplaatsen en nestgelegenheden voor de vleermuis, de gierzwaluw en de huismus. In dit kader verwijst TGE graag naar www.bouwnatuurinclusief.nl, zowel als https://www.checklistgroenbouwen.nl/, beide van de Vogelbescherming Nederland en de Zoogdiervereniging.

Mobiliteit

Het plangebied is goed omsloten door openbaar vervoer.
Fietsenberging is ruim gerealiseerd door bergingen bij de woningen en appartementen, en deels in de openbare ruimte. Er zullen voor de 139 woningen, 139 parkeerplaatsen gerealiseerd worden, inclusief 10 deelauto’s.

Water

De waterbergingsopgave van het plangebied is 94,1 m³.
Om tegemoet te komen aan de benodigde waterbergingsopgave worden er onder andere groene daken en veel nieuwe groenvoorzieningen gerealiseerd. Ook wordt er extra waterberging in ondergrondse voorzieningen met vertraagde leegloop op het gemeentelijk riool gerealiseerd, evenals het plaatsen van regentonnen.

In totaal wordt er 101 m3 aan waterberging gerealiseerd in het plangebied.

Energie

De woningen worden verwarmd en gekoeld middels (lucht-) warmtepompen of stadsverwarming. Daarnaast zullen Pv-panelen worden toegepast voor een duurzame opwekking van energie.

Circulariteit

Tijdens de ontwikkeling en realisatie van het plan wordt het Materialenpaspoort ingezet.

Conclusie

Er zijn geen conflicten tussen de belangen van TGE en de voorgenomen wijzigingen die in dit bestemmingsplan planologisch mogelijk worden gemaakt.  Onderhavige ontwikkeling voorziet in de benodigde woningbouw, met behoud van cultuurhistorische waarde en duurzame toepassingen zoals het toepassen van deelmobiliteit, groendaken en voldoende waterberging. Hiermee geeft het invulling aan de ambities in de Omgevingsvisie.

Bram Meulenbeld
Linda van Driel