Even bomen met... Tom van Duuren

21 december 2016

Even bomen met... Tom van Duuren Iedere maand geeft iemand die is aangesloten bij het Trefpunt zijn groene kijk op de stad en daarbuiten. Tom van Duuren, aangesloten vanaf (bijna) het eerste uur, bijt het spits af.

Een landschap dat de ziel van mens masseert

Een interview met Tom van Duuren Ik spreek op een regenachtige middag af met Tom in zijn bijzondere huis op het NRE-terrein. Tijdens het maken van de afspraak vraagt hij of ik mee wil lunchen? Is sneeuw wit? Is de lucht blauw? Natuurlijk wil ik mee lunchen! Het eigenbakken boterhammetje met roomboter en honing en een vers kopje koffie smaakt als een koningsmaaltje.

Huis van hout uit de stad

Het huis waar Tom en zijn vrouw wonen is erg bijzonder. Het is ontworpen door zijn dochter en gemaakt van hout uit de stad. Het huis is demontabel. Hij en zijn vrouw wonen dan ook tijdelijk op het NRE-terrein, 1 februari moeten ze er weg. Dan wordt de grond daar gesaneerd. Het compliment over zijn woning en de fraaie moestuin beantwoordt hij met een lach: “Schrijf ook maar op dat we op zoek zijn naar een nieuwe plek. Een plek in het groen, het liefst waar veel werk aan de winkel is.” In mijn eigen tuin is veel werk aan de winkel, jammer dat mijn plakje grond wat aan de kleine kant is…

Bomenman

Tom van Duuren. Velen in Eindhoven kennen hem als ‘de bomenman’. Alhoewel hij dat zelf anders ziet. Breder. Zoals hij ook het leven bekijkt. Die liefde voor de natuur, die zat er vanaf zijn geboorte niet meteen in. Die ontstond toe hij als 19-jarige naar de opleiding bosbouw en cultuurtechniek ging om cultuurtechniek te studeren. “Bosbouw kun je alleen gaan doen als je vader boswachter is geweest”, dacht hij. “Maar toen ik ging studeren bleken er maar weinig zoons van boswachters op de opleiding te zitten.” Een medestudent bracht hem op het groene pad, ze gingen samen de bossen in. “Hij zei, dat kun jij best! Toen heb ik voor het eerst echt kennis gemaakt met bosbeheer. Ik heb veel aan die medestudent gehad.”

Het grotere geheel

Tom overziet graag het grotere geheel: “Ik ben meer een generalist. Detailkennis over bijvoorbeeld insecten of schimmels, daar heb ik moeite mee. Bomen, groeiplaatsen, landschappen, sferen in landschappen, hoe mensen er van kunnen genieten. Ik heb 12 jaar van m’n carrière gewerkt met verstandelijk gehandicapten in het landschapsbeheer. Dan kijk je met hun ogen mee en sommige mensen zijn heel direct in hoe ze een landschap beleven, daar heb ik veel van geleerd. Daarna heb ik nog ik nog drie jaar gewerkt bij een medisch centrum in Bilthoven. Ik kreeg de opdracht van de directeur: maak er een gezondmakend landschap van. Dat zijn mooie uitdagingen. Ik zette een andere bril op en probeerde een landschap te zien dat de ziel van de mens masseert. Donker, licht, kleine bomen, grote bomen, open plekken met contrasten. Dat boeit mij, landschapsbeleving.”

Vreemde in een landschap

“Ik wil vooral graag de stadsmens het landschap laten beleven. Ik denk dat het er mee te maken heeft, dat ik zelf die rol van vreemde in een landschap ken. Tot m’n 19e was ik niet zo bezig met landschap. Alleen zeilen deden we als familie buiten.” En hoe vertaalt die drive zich naar zijn werk? “Dat ik graag wil dat een boom, bijvoorbeeld bij de schouwburg hier, dat die niet als een kaal object staat in een gazon, maar dat hij nog meer body krijgt, dat er blad onder mag blijven liggen, dat er wat kruiden bij mogen groeien. Een beetje natuur terugbrengen in de stad. Dat kan niet bij iedere boom. Je kunt niet overal het blad laten liggen in de straten. In een stad is heel veel dynamiek.”

Wij kuisen de boel

“Maar op sommige plekken kan het wel. Zo staat er een grote rode beuk bij het parktheater, die is ongeveer 100 jaar oud. Dat is echt een hoogstandje voor een boom, die moet heel hard werken. Ieder jaar laat hij z’n loof vallen, daar komt weer bodemleven in, de grond blijft luchtig… Allemaal heel goed voor een boom. Maar wat doen wij mensen? Wij kuisen de boel. Weg met al het blad. Zo teer je in op de vitaliteit van een boom. We moeten vaker proberen om dat hoogstandje mogelijk te maken. Dan staat zo’n boom er hopelijk er over 200 jaar ook nog steeds. Dan dan stel ik me voor: wow dat wordt een geweldige stad! Dat heb je in Parijs, daar staat bomen die zo oud zijn en zo groot! In Parijs, nabij de Seine staat een nog levend restant van een Robinia geplant in 1600 door de heer Robin.”

Bloemen in een vaas

“Als ik naar Eindhoven kijk, dan zijn er bomen waarvan ik hoop dat ze ouder worden dan 250 jaar. Maar in sommige straten zie ik bomen vaar van ik denk, laat die 20 jaar groeien, kap ze daarna en plant weer nieuwe, ‘steek ze in de straat’ zoals bloemen in een vaas. Als je zo de bomen in de stad kunt behandelen dan kun je heel wat zinniger praten met mensen. Dan kun je boombeheer veel effectiever uitvoeren. Het helpt als we weten, dit is een boom voor de langere termijn en dit is een ‘bloem in een vaas’. Het is belangrijk om te vertellen wat je doet. Zoals bij de populieren aan de Mathildelaan. Ik hoorde zeggen: “Die groep bomen daar is als landschappelijk element uiterst belangrijk. Daar ben ik het helemaal mee eens. Maar levereden teveel gevaar op langs het spoor met dagelijks giftreinen en treinen vol mensen. Haal snel die bomen daar weg en maak  goede groeiplaatsen voor nieuwe Populieren. Laat dat populierenblad maar weer ruisen in de wind.”

Een asociaal ding

“Ik zeg het vaak, een boom is, behalve uiterst sociaal, ook een asociaal ding. Hij groeit en groeit en hij wordt eindeloos groter. En als je dan ziet hoe we in de stad ruimtes afbakenen, dit is voor de auto’s, dit voor de voetgangers, dit is voor een gebouw. Daar houdt een boom echt geen rekening mee. Die groeit overal overheen. Het is een uitdaging om dan een oplossing te zoeken. En soms is de oplossing de boom weghalen. En dat leidt vaak tot heftige emoties. Daarom is het echt belangrijk om te vertellen wat je doet. Trefpunt draagt daar aan bij. Trouwens, ik kijk uit daar die  gelegenheid dat we een huis gaan slopen om groeiruimte te geven aan de boom. Ik ken verschillende bomen waar dat effectief zal zijn”

Een nuttige raadselachtige groep

Op de vraag wat zijn verhouding met het Trefpunt is, antwoordt hij: “Het Trefpunt is een hele nuttige raadselachtige groep, die je niet in een keer kunt pakken. Net zoals je voor Joop ook niet een woord kunt benoemen. Het Trefpunt speelt echt een bijzondere rol in de stad. In 2002 ben ik voor het eerst in contact gekomen met het Trefpunt. Ik probeerde al een tijdje biologisch geteelde bomen te verkopen aan de stad, maar dat lukte niet. De gemeente had, ondanks een getekend convenant voor afname van biologisch geteelde bomen, geen interesse. Joop heeft me toen uitgenodigd in zijn netwerk. Het Trefpunt organiseerde toen cursusavonden over luchtvervuiling, stedelijke ontwikkeling etc. Die cursusavonden werden een beetje een groensociëteit… Daar had ik echt behoefte aan, mensen ontmoeten rondom de inhoud. Dat zag je ook tijdens het minicongres op 1 december. De borrel is net zo belangrijk als de inhoud.” Meer informatie over Tom van Duuren en zijn werk vind je op zijn website: www.dommelsekracht.nl. Lara